De Ravennaschlucht (Duits: Ravennaschlucht) is een kloof in het Zwarte Woud in het zuidwesten van Duitsland. Het is een smal zijdal van het Höllental, waar de Ravennastroom doorheen stroomt. Er loopt ook een pad door het ravijn als onderdeel van het Zwarte Woud Homeland Path (Heimatpfad Hochschwarzwald). De ongeveer vier kilometer lange kloof loopt van het Höllental tot aan het dorp Breitnau op het plateau en ligt binnen de gemeentegrenzen. De naam van de kloof is waarschijnlijk afgeleid van het Franse woord ravijn wat "kloof" betekent.

De wilde bergbeek van de Ravenna tuimelt over verschillende watervallen in de kloof. De twee grootste watervallen zijn de Great Ravenna Fall (Großer Ravennafall) die 16 meter hoog is en de Little Ravenna Fall (Kleiner Ravennafall) die 6 meter hoog afdaalt.

Vroeger waren er verschillende watermolens langs de beek. Sommige zijn nog steeds zichtbaar in de kloof en een of twee zijn goed bewaard gebleven. Aan de bovenkant van de kloof staat de molen van Großjockenmühle die dateert uit 1883 en een beschermd monument is. Bijzonder aan deze molen is dat door de steile afdaling van de Ravenna het water over het dak van de molen op het waterrad wordt geleid.

Het onderste deel van de kloof wordt overspannen door de 37 meter hoge Ravennabrug, het viaduct van de Höllentalbahn. Ook is hier de Sint-Oswaldkapel (gebouwd in 1148) en het Hotel Hofgut Sternen, waar Marie Antoinette in 1770 en Goethe in 1779 verbleef.

Voor de Ravenna-brug ligt de Galgenbühl, een heuvel van ongeveer 30 meter hoog. Vroeger stond hier een galg (Galgen) waar executies werden uitgevoerd. Later werd hier een paviljoen gebouwd dat in de loop van de tijd in verval raakte. De hellingen werden oorspronkelijk gebruikt als weiland, maar in de jaren vijftig werd de berg bebost met sparren en Douglas-sparren. In 2010 zijn echter alle bomen gekapt en is er een nieuw paviljoen gebouwd op de Galgenbühl. Het is bedekt met dakspanen gemaakt van thuja-hout.