Mosteiro dos Jerónimos

Het Mosteiro de Santa Maria de Belém, beter bekend als het Mosteiro dos Jerónimos, is een 16e-eeuws hiëronymietenklooster in Belém, een stadsdeel van de Portugese hoofdstad Lissabon.

Het is het meest opmerkelijke Portugese kloostergeheel van zijn tijd. Het wordt beschouwd als het hoogtepunt van de manuelijnse architectuur en de kerk als een van de belangrijkste hallenkerken van Europa. De bouw begon op initiatief van koning Manuel I in het begin van de 16e eeuw en zou honderd jaar duren, onder leiding van vier opeenvolgende bouwmeesters. Daarvan speelde vooral de tweede bouwmeester, João de Castilho, een beslissende rol in het welslagen van de onderneming.

Het Mosteiro dos Jerónimos is sinds 1907 geclassificeerd als nationaal monument en in 1983 werd het samen met de Torre de Bélem erkend als UNESCO-Werelderfgoed. Sinds 2016 heeft het de status van Panteão Nacional (nationale eregalerij).

De oprichting van het klooster was nauw verbonden met het Por...Lees meer

Het Mosteiro de Santa Maria de Belém, beter bekend als het Mosteiro dos Jerónimos, is een 16e-eeuws hiëronymietenklooster in Belém, een stadsdeel van de Portugese hoofdstad Lissabon.

Het is het meest opmerkelijke Portugese kloostergeheel van zijn tijd. Het wordt beschouwd als het hoogtepunt van de manuelijnse architectuur en de kerk als een van de belangrijkste hallenkerken van Europa. De bouw begon op initiatief van koning Manuel I in het begin van de 16e eeuw en zou honderd jaar duren, onder leiding van vier opeenvolgende bouwmeesters. Daarvan speelde vooral de tweede bouwmeester, João de Castilho, een beslissende rol in het welslagen van de onderneming.

Het Mosteiro dos Jerónimos is sinds 1907 geclassificeerd als nationaal monument en in 1983 werd het samen met de Torre de Bélem erkend als UNESCO-Werelderfgoed. Sinds 2016 heeft het de status van Panteão Nacional (nationale eregalerij).

De oprichting van het klooster was nauw verbonden met het Portugese koningshuis en de tijd van de grote ontdekkingen, waardoor het al vroeg werd beschouwd als een van de symbolen van de Portugese natie. Vandaag is het een van de belangrijkste toeristische trekpleisters van de hoofdstad, met meer dan een miljoen bezoekers per jaar.

In 1452 liet prins Hendrik de Zeevaarder in Restelo, een dorp en ankerplaats aan de monding van de Taag even buiten Lissabon, een kluizenarij gewijd aan Santa Maria de Belém oprichten om te voldoen aan de geestelijke noden van de zeevaarders. Ontdekkingsreizigers als Vasco da Gama en Pedro Álvares Cabral brachten er voor hun vertrek biddend de nacht door.[1]

In 1496, aan de vooravond van de reis waarop da Gama de zeeroute naar Indië zou ontdekken, richtte koning Manuel I een verzoek aan de Heilige Stoel om op de plaats van de oude kluizenarij een groot klooster te mogen bouwen. De werkzaamheden begonnen op 6 januari 1501 of 1502 (het exacte jaartal is onbekend). Da Gama was uit Indië teruggekeerd en dankzij de lucratieve handel met het Oosten kon de koning enorme financiële middelen ter beschikking stellen. Voor het prestigeproject werden gerenommeerde meesters uit binnen- en buitenland aangetrokken.[2] In 1518 besloot Manuel I bij testament om van het klooster het pantheon van zijn dynastie te maken, waarmee hij het uitzonderlijke karakter van de monarchie en zijn eigen afstamming van het koninklijk huis Avis wou benadrukken.[3]

Het klooster werd opgetrokken in pedra lioz, een soort kalksteen uit groeven niet ver van de bouwplaats. Door de enorme omvang van het project en de rijke afwerking was er honderd jaar nodig om het project te voltooien. De verschillende bouwfases werden achtereenvolgens geleid door de bouwmeesters Diogo de Boitaca, João de Castilho, Diogo de Torralva en Jerónimo de Ruão. Het resultaat wordt beschouwd als het hoogtepunt van de manuelijnse architectuur. Het combineert architecturale elementen uit de late gotiek en de renaissance, en verbindt die met een unieke koninklijke, christologische en naturalistische symboliek.

Manuel I schonk het klooster aan de monniken van de Orde van Sint-Hiëronymus, die er zouden blijven tot de opheffing van de kloosterordes in 1834. Daarna werd de kloostergang tot 1940 gebruikt door de Casa Pia, een koninklijke liefdadigheidsinstelling die instond voor de opvang en opvoeding van weeskinderen en de rehabilitatie van bedelaars en behoeftigen. De kloosterkerk werd de parochiekerk van de parochie Santa Maria de Belém. In dat hele proces ging veel van het waardevolle interieur van het klooster verloren.

In 2007 was het Jerónimosklooster opnieuw het toneel van een historische gebeurtenis, toen de staats- en regeringsleiders van de Europese Unie er het Verdrag van Lissabon ondertekenden.

Bouwgeschiedenis

Tijdens het bewind van koning Manuel I kunnen twee grote bouwfases worden onderscheiden. De eerste fase werd geleid door Diogo de Boitaca, die ook het algemene ontwerp van het klooster en de kerk maakte. Waarschijnlijk paste hij het ontwerp in 1513 aan nadat de koning meer gronden rondom het bouwterrein had verworven, wat wijst op de intentie om de schaal van het project te vergroten.

De tweede fase begon op 2 januari 1517 onder leiding van João de Castilho. Zijn kundige beheer van de verschillende deelprojecten was de sleutel tot het succes van de onderneming.[noot 1] Verspreid over de bouwplaats werkten tegelijk 250 ambachtslui en artiesten aan verschillende deelprojecten.[noot 2] Onder leiding van de Castilho werd de onderste kloostergang voltooid en een begin gemaakt met de bouw van de tweede verdieping, wat zou resulteren in de eerste Portugese kloostergang met twee overwelfde verdiepingen. De twee portalen werden uitgevoerd, net als de sacristie, het refectorium, een deel van de muren en het portaal van de kapittelzaal. In de kerk werden de beuken en de viering overwelfd met een ingenieus gewelfsysteem dat de indruk doet ontstaan dat een enkel gewelf de hele ruimte overspant – de eerste grote Portugese hallenkerk. Met Castilho veranderde ook de stijl van de aanvankelijk laatgotische architecturale aankleding, want via de Spaanse plateresco deed het renaissanceclassicisme zijn intrede in het klooster.

João de Castilho bleef aan als bouwmeester tot 1530. Hij werd tien jaar later opgevolgd door Diogo de Torralva, die tot 1551 zou aanblijven en verschillende eerder begonnen constructies zou afwerken. Er werd ook een nieuwe ingang gebouwd (vervangen in de 17e eeuw), het koorgestoelte werd ontworpen en de hoofdkapel werd aangepast om plaats te maken voor het stoffelijk overschot van Manuel I. Maar het zou Jerónimo de Ruão zijn die, als bouwmeester van 1563 tot zijn dood in 1601, het gebouw zou voltooien. Aan hem is de nieuwe hoofdkapel in maniëristische stijl te danken, die contrasteert met de manuelijnse stijl van de rest van de kerk.[3]

Het oorspronkelijke grondplan volgde het typische schema van een kloostercomplex, met een kerk, een kloostergang en aangrenzende bijgebouwen. De huidige vorm van het klooster bewaart de essentiële aspecten van het 16e-eeuwse grondplan, maar is tegelijk het resultaat van talloze veranderingen en uitbreidingen in de daaropvolgende eeuwen. Met name het vermelden waard is de 19e-eeuwse verbouwing met de toevoeging van het lange gebouw in neo-manuelijnse stijl aan de westkant van het klooster, waar nu het Nationaal Archeologisch Museum en een deel van het scheepvaartmuseum zijn gehuisvest.

In de eerste decennia van de 20e eeuw werden verschillende werken uitgevoerd: het centrale gedeelte van het bijgebouw werd voltooid, het koorgestoelte werd gerestaureerd, de orgels op de koortribune werden afgebroken en in de zuidfaçade werden glas-in-loodramen geplaatst naar een ontwerp van Abel Manta. Andere restauraties gebeurden tijdens de voorbereidingen voor de herdenking in 1940 van de stichting (in 1140) en de restauratie (in 1640) van het Portugese koninkrijk. Het klooster moest dienen als decor van de Tentoonstelling van de Portugese wereld, het grootschalige initiatief van de Estado Novo dat werd gehouden op het enorme terrein tussen het klooster en de Taag. Op dat moment verliet de Casa Pia de kloostergang en de aangrenzende ruimtes. Het inkomportaal werd heropgebouwd en de praalgraven van Luís de Camões en Vasco da Gama werden van de viering overgebracht naar het laagkoor.

Panorama van het klooster vanop het Padrão dos Descobrimentos 
Panorama van het klooster vanop het Padrão dos Descobrimentos
Alves (1989). Opmerking: Deze bron werd bij de vertaling van het oorspronkelijke artikel op de Portugese Wikipedia niet geverifieerd. Genin et al. (2009); Melo & Ribeiro (2015), p. 35 a b Pereira, P. (2011). Opmerking: Deze bron werd bij de vertaling van het oorspronkelijke artikel op de Portugese Wikipedia niet geverifieerd. Melo & Ribeiro (2015) Genin & Palacios (2007), p. 391 Melo & Ribeiro (2015), p. 36


Citefout: Er bestaat een label <ref> voor de groep "noot", maar er is geen bijbehorend label <references group="noot"/> aangetroffen

Photographies by:
Statistics: Position
601
Statistics: Rank
161680

Reactie toevoegen

Deze vraag is om te controleren dat u een mens bent, om geautomatiseerde invoer (spam) te voorkomen.

Beveiliging
238519467Click/tap this sequence: 9355

Google street view

Where can you sleep near Mosteiro dos Jerónimos ?

Booking.com
489.301 visits in total, 9.196 Points of interest, 404 Bestemmingen, 128 visits today.